ANACONDA'S


De anaconda komt voor in Zuid-Amerika, maar niet in het zuiden en noorden, met name langs het stroomgebied van de rivieren de Amazone en de Orinoco. De naam echter komt uit het Tamil, en betekent olifantendoder. Omdat Sri Lanka een heel eind van Zuid-Amerika ligt is deze naam waarschijnlijk ooit gegeven aan de netpython en wordt nu gebruikt voor deze soort, die ongeveer even lang wordt. De anaconda is levendbarend en kan wel 50 jongen per keer baren. De kleur van de anaconda is donkergroen met zwarte vlekken zoals de onderste foto. Jongere dieren zijn lichter gekleurd zoals op de foto boven en hebben een luipaardtekening of soms een nettekening.
LENGTE

De anaconda is na de netpython de langste slang (en landdier) ter wereld. De meeste dieren worden ongeveer 5,5 tot 6,5 meter lang, dat zijn allen vrouwtjes, de algemene maximumlengte in de literatuur wordt wat minder robuust afgeschilderd en zij geven het dier een maximum van zo'n 9,0 tot 9,6 meter. Qua volume doet deze slang de omvang van andere reuzenslangen vaak verbleken, er zijn exemplaren gemeten met een diameter van meer dan 50 cm en een omvang van meer dan 1,30m. De lengte van de anaconda is een volstrekt onbekend en controversieel gegeven omdat vele metingen en gegevens niet accuraat bleken, of berusten op schattingen, die niet met de juiste apparatuur konden worden gedaan. De grootste aangenomen en wetenschappelijk vastgestelde lengte ligt bij het in Zuid-Amerika welbekende Lamon-Dunn record, deze geologische expeditie was in 1944 in Oost-Colombia voor metingen en onderzoek aan ecosystemen. De anaconda die hier werd aangetroffen, diep in de moerassige vegetatie, was fenomenaal en bleek een lengte van maar liefst 11,43 meter te hebben, deze is met een landmeterlint gemeten. Dit exemplaar is geschoten door Britse militairen die erbij waren en werd later niet meer aangetroffen op de plaats waar men het enorme dier had achtergelaten, de slang was dus niet dood en wist verder te ontkomen. Bij de situatie dat het dier wel aangetroffen was, zou het een zware klus geweest zijn om een dier van dergelijke afmetingen te vervoeren door de dichte tropische vegetatie en met een minimum aan middelen. Slangen met een lengte van boven de tien meter zijn zeer oud en groeien niet zo snel en worden jaarlijks slechts iets groter. Een zoölogisch team heeft pas in de VS en Venezuela onderzocht wat de maximale grootte van deze dieren zou kunnen zijn. De bevindingen van grote sleepsporen en huidfragmenten en de wetenschap van de eerdere soorten uit de Madtsoiidae klasse gaven de herpetologen en biologen een stimulans om te bepalen dat de anaconda zeker 12 a 13 meter moet kunnen halen bij de ideale omstandigheden, wat altijd zeldzame uitschieters betreft. De enige slang die de anaconda benadert met dergelijke afmetingen en gewicht is de centraal Afrikaanse rotspython (Python sebae) die ook zeer groot kan worden, en bij een zwaar gebouwd lichaam ook veel zwaarder wordt dan de netpython. De rotspython, met zijn verspreiding bezuiden de Sahara tot Namibië en Mozambique, bereikt meestal een meter of zes, maar de grotere dieren worden ruim 8,6 , 9 en zelfs tot 10 meter lang. Deze dieren zijn zeer gevaarlijk voor de mens, er zijn gevallen bekend in centraal- en zuidelijk Afrika met dodelijke afloop door dieren die slechts 4,5 meter lang waren en 60 kilo zwaar.

VOEDING

Een volwassen anaconda kan wel 250 tot meer dan 550 kilo zwaar worden en eet voornamelijk knaagdieren en vogels. Soms worden ook kleine kaaimannen en hoefdieren zoals zwijnen en geiten gegeten. Anaconda's eten ook elkaar, met name jongen zijn kannibalistisch. Er zijn ook foto's van een anaconda die een volwassen krokodil wurgt, maar het is onwaarschijnlijk dat ze deze opeten want dan zouden ze zich niet meer kunnen bewegen2). Toch is het niet geheel onmogelijk, zoals in 2005 in het nieuws te zien was; een anaconda had een alligator proberen op te eten, wat ervoor zorgde dat het dier, na het opeten van de alligator, door tweeën is 'gebroken'. Jonge en kleine anaconda's eten kleine zoogdieren, slangen en vogels; en dat slangen van dit formaat een mens kunnen opeten is een feit, er zijn al enkele kinderen en zelfs volwassenen teruggevonden in (opengesneden) slangen, ook op het internet zijn hiervan foto's te vinden.

JACHT

Jagen doet de slang vooral overdag maar soms ook wel 's nachts. Anaconda's hebben twee manieren om te jagen, die enigszins samenhangen met het gewicht van de slang; Juvenielen jagen liefst vanuit een tak of struik, waarbij ze de prooi van boven benaderen en zich op het slachtoffer laten zakken en eromheen kronkelen. Oudere dieren langer dan zes meter beginnen te zwaar te worden om het eigen gewicht nog te dragen en takken die meer dan 100 kilo aankunnen zijn er niet veel; ze kruipen door de modder of zwemmen in het water en liggen als ze jagen half onder de waterspiegel en een prooi wordt van onderen gegrepen, het water in getrokken en gewurgd. Jongere slangen doen dit meestal niet omdat ze kwetsbaarder zijn in het water. Een oudere anaconda jaagt zoals hierboven vermeld voornamelijk in het water. In het water ligt de anaconda op de loer en wacht tot zijn prooi vanzelf bij hem komt. Zijn olijfgroene lichaam is de perfecte kleur om niet op te vallen in het water. Als er prooidieren zoals bijvoorbeeld herten komen drinken slaat hij razendsnel toe en heeft het prooidier zeer weinig kans. De anaconda draait zijn lichaam om zijn gevangen prooi tot de bloedsomloop gestopt is of de prooi is verdronken in het water. De doding duurt ongeveer één minuut wat sneller is dan door een gifslang. Als het prooidier gedood is eet de anaconda deze in zijn geheel op beginnend bij de kop. Na een grote maaltijd kan een anaconda maandenlang zonder eten.